Gastankerrederij EXMAR en het Argentijnse YPF beëindigen hun geschil over het gebruik van Exmars drijvende gasfabriek 'Tango FLNG' met een schikking. YPF betaalt 150 miljoen dollar voor de vroegtijdige stopzetting van de samenwerking.
Gastankerrederij EXMAR en YPF ondertekenden in november 2018 een contract van tien jaar over de huur van de 'Tango FLNG'. Maar eind juni dit jaar kondigde het Argentijnse energiebedrijf aan dat het door "overmacht" wegens de coronapandemie zijn verplichtingen niet kon nakomen. EXMAR was op dat moment sinds midden maart niet meer betaald. De rederij kondigde toen meteen aan dat ze het hierbij niet zou laten. De perikelen rond de stilliggende drijvende gasfabriek hadden op dat moment de koers van het aandeel al naar een historische diepte gejaagd.
Schikking
Exmar meldde deze dinsdagochtend dat het een overeenkomst heeft bereikt met YPF in deze zaak. Er zal een vergoeding van 150 miljoen dollar (127 miljoen euro) betaald worden door YPF aan EXMAR als compensatie voor de vroegtijdige beëindiging van de overeenkomsten en de stopzetting van de arbitrageprocedure. Een eerste betaling van 22 miljoen dollar is volgens EXMAR al overgemaakt. Het resterende saldo van 128 miljoen dollar is betaalbaar in 18 maandelijkse schijven, gedekt door een adequate financiële zekerheid. De specifieke modaliteiten worden momenteel met de kredietverstrekkers besproken.
Nieuw project gezocht
'Tango FLNG', een drijvende liquefactie-eenheid met een productiecapaciteit van ongeveer 0,5 miljoen ton lng (Liquefied Natural Gas – vloeibaar aardgas) per jaar, is nu beschikbaar voor andere projecten. In het eerste kwartaal was 'Tango FLNG' goed voor 36% van de totale ebitda (winst voor interesten, belastingen, afschrijvingen en waardeverminderingen). De beurzen reageren alvast goed op de schikking: het aandeel EXMAR opende vanochtend 15% hoger.
Michiel Leen