Wat maakte dat u voor een volgende stap in uw carrière naar de havenwereld keek?

Jan Bosmans (JB): “Mijn vader werkte in de haven van Antwerpen, dus de interesse in de havenwereld is er altijd al geweest. Zelf woon ik al twintig jaar in Zeebrugge en leef ik dus heel dicht tegen die haven. Toch valt het op dat het een aparte wereld is die je als inwoner van Zeebrugge eigenlijk niet goed kent. Na een week zijn mijn ogen al echt opengegaan en verbaas ik mij erover wat hier allemaal speelt. Vanuit mijn vorige rol als vastgoedmakelaar ben ik wel vertrouwd met logistiek vastgoed, grote hallen en grote gebouwen, dus de link naar de havenwereld was snel gelegd.”

Omschrijf eens wat een ‘concessions advisor’ doet voor de haven?

JB: “Wij zorgen voor het contractbeheer van alle spelers in de haven van Zeebrugge. Het havengebied dat Port of Antwerp-Bruges beheert, is concessiegebied en wij verlenen de mogelijkheid aan logistieke spelers, rederijen en andere havengebonden bedrijven om hier activiteiten uit te voeren. Als concessions advisor vallen wij onder de dienst klantenrelaties maar zorgen wij vooral voor de juridische afwikkeling en het beheer van de contracten zodat de haven op een duurzame en rendabele manier wordt ingevuld. Daarnaast zetten wij de krijtlijnen uit waarbinnen de spelers zich moeten bewegen per zone.”

Is er zicht op de toekomstige invulling van Zeebrugge? Zijn daar grote veranderingen te verwachten?

JB: “Ik ben nog maar net gestart, maar ik zie vooral een bestendiging van de koppositie als grootste autohub ter wereld en een grote inzet op nieuwe groene energiebronnen, met onder andere de bouw van de waterstoffabriek in de achterhaven. Daar zullen ook nog wat spin-offs uit volgen. Zo’n fabriek maakt dat er heel wat aanwezigheid van spitstechnologie is, waardoor je weer andere spelers kan aantrekken. Het zal pionieren worden. Daarnaast zal de lng-terminal uiteraard ook erg belangrijk blijven. Je merkt dat de haven heel erg inzet op vergroening en dat ze hierin bewust een heel prominente rol wil spelen.”

De fusie heeft me erg aangetrokken omdat ik beide werelden en de twee culturen erg goed ken, als Antwerpenaar in Zeebrugge

Hoe zit het met de beschikbare ruimte voor uitbreiding in Zeebrugge?

JB: “Voorlopig is die er wel, maar ruimte is schaars. We zullen in de hoogte moeten bouwen, specifiek voor bepaalde sectoren, zoals automotive. Er zijn best nog wel wat terreinen die nog ontwikkeld kunnen worden. Ik denk dat we in platform Zeebrugge wat dat betreft relatief gezien zelfs nog meer mogelijkheden hebben dan in Antwerpen. Langs het Boudewijnkanaal in de richting van Brugge hebben we nog heel wat mogelijkheden, maar ook in de achterhaven zijn er nog heel wat terreinen die nog ontwikkeld kunnen worden.”

Verwacht u nog grote verschillen in de aanpak of de werking tussen platform Antwerpen en platform Zeebrugge nu het één bedrijf is?

JB: “Er zijn best verschillen. In platform Zeebrugge zaten we met 150 collega’s, terwijl platform Antwerpen een grotere speler is met zo’n 1.500 werknemers. Het is logisch dat zo’n structuur andere procedures kent en een andere cultuur heeft. In die zin kunnen beide platformen veel van elkaar leren en moeten ze nog verder naar elkaar toegroeien. De uiteindelijke fusie heeft me erg aangetrokken omdat ik beide werelden en de twee culturen ondertussen erg goed ken, als Antwerpenaar in Zeebrugge. Ik werk dagelijks vanuit Zeebrugge en werk van daaruit samen met het team van concessie-adviseurs in Antwerpen.”

De fusie brengt wel wat verandering met zich mee. Merkt u daar op de vloer iets van?

JB: ”De twee havens zijn twee sterke merken die elkaar nog verder willen versterken door samen nog groter te zijn en specifieke troeven in handen te hebben. Dat hier groeipijnen bij komen kijken, is evident. Het is aanpassen voor iedereen. Zelf sta ik heel positief tegenover de fusie en wil ik die positiviteit ook verder uitdragen.”

“Sommige mensen leven net van de verandering terwijl anderen er erg argwanend naar kijken. Het komt er vooral op aan om goed te duiden, te luisteren naar elkaar en alle drempels weg te werken. Voor mezelf zie ik het als een groot voordeel om deel uit te kunnen maken van een groter team. Je kan altijd terugvallen op expertise in een team, maar je bent ook back-up voor elkaar tijdens ziekte en vakantie. Ik zal binnen ons team altijd wel iemand vinden met vergelijkbare kennis.”

U bent nieuw en hebt nog een frisse kijk op de havenwereld, wat wellicht helpt als je aan boord komt van twee bedrijven die samengaan …

JB: “Klopt. Ik ben nog een onbeschreven blad dat nieuw is in de maritieme sector. Een van de redenen waardoor ik voor deze job gekozen heb, is dat ik zo nog heel veel mag leren. Uiteraard heb ik mijn expertise, maar de kennis van de haven ga ik wel snel oppakken.”

Wat maakte dat u voor een volgende stap in uw carrière naar de havenwereld keek?

Jan Bosmans (JB): “Mijn vader werkte in de haven van Antwerpen, dus de interesse in de havenwereld is er altijd al geweest. Zelf woon ik al twintig jaar in Zeebrugge en leef ik dus heel dicht tegen die haven. Toch valt het op dat het een aparte wereld is die je als inwoner van Zeebrugge eigenlijk niet goed kent. Na een week zijn mijn ogen al echt opengegaan en verbaas ik mij erover wat hier allemaal speelt. Vanuit mijn vorige rol als vastgoedmakelaar ben ik wel vertrouwd met logistiek vastgoed, grote hallen en grote gebouwen, dus de link naar de havenwereld was snel gelegd.”

Omschrijf eens wat een ‘concessions advisor’ doet voor de haven?

JB: “Wij zorgen voor het contractbeheer van alle spelers in de haven van Zeebrugge. Het havengebied dat Port of Antwerp-Bruges beheert, is concessiegebied en wij verlenen de mogelijkheid aan logistieke spelers, rederijen en andere havengebonden bedrijven om hier activiteiten uit te voeren. Als concessions advisor vallen wij onder de dienst klantenrelaties maar zorgen wij vooral voor de juridische afwikkeling en het beheer van de contracten zodat de haven op een duurzame en rendabele manier wordt ingevuld. Daarnaast zetten wij de krijtlijnen uit waarbinnen de spelers zich moeten bewegen per zone.”

Is er zicht op de toekomstige invulling van Zeebrugge? Zijn daar grote veranderingen te verwachten?

JB: “Ik ben nog maar net gestart, maar ik zie vooral een bestendiging van de koppositie als grootste autohub ter wereld en een grote inzet op nieuwe groene energiebronnen, met onder andere de bouw van de waterstoffabriek in de achterhaven. Daar zullen ook nog wat spin-offs uit volgen. Zo’n fabriek maakt dat er heel wat aanwezigheid van spitstechnologie is, waardoor je weer andere spelers kan aantrekken. Het zal pionieren worden. Daarnaast zal de lng-terminal uiteraard ook erg belangrijk blijven. Je merkt dat de haven heel erg inzet op vergroening en dat ze hierin bewust een heel prominente rol wil spelen.”

De fusie heeft me erg aangetrokken omdat ik beide werelden en de twee culturen erg goed ken, als Antwerpenaar in Zeebrugge

Hoe zit het met de beschikbare ruimte voor uitbreiding in Zeebrugge?

JB: “Voorlopig is die er wel, maar ruimte is schaars. We zullen in de hoogte moeten bouwen, specifiek voor bepaalde sectoren, zoals automotive. Er zijn best nog wel wat terreinen die nog ontwikkeld kunnen worden. Ik denk dat we in platform Zeebrugge wat dat betreft relatief gezien zelfs nog meer mogelijkheden hebben dan in Antwerpen. Langs het Boudewijnkanaal in de richting van Brugge hebben we nog heel wat mogelijkheden, maar ook in de achterhaven zijn er nog heel wat terreinen die nog ontwikkeld kunnen worden.”

Verwacht u nog grote verschillen in de aanpak of de werking tussen platform Antwerpen en platform Zeebrugge nu het één bedrijf is?

JB: “Er zijn best verschillen. In platform Zeebrugge zaten we met 150 collega’s, terwijl platform Antwerpen een grotere speler is met zo’n 1.500 werknemers. Het is logisch dat zo’n structuur andere procedures kent en een andere cultuur heeft. In die zin kunnen beide platformen veel van elkaar leren en moeten ze nog verder naar elkaar toegroeien. De uiteindelijke fusie heeft me erg aangetrokken omdat ik beide werelden en de twee culturen ondertussen erg goed ken, als Antwerpenaar in Zeebrugge. Ik werk dagelijks vanuit Zeebrugge en werk van daaruit samen met het team van concessie-adviseurs in Antwerpen.”

De fusie brengt wel wat verandering met zich mee. Merkt u daar op de vloer iets van?

JB: ”De twee havens zijn twee sterke merken die elkaar nog verder willen versterken door samen nog groter te zijn en specifieke troeven in handen te hebben. Dat hier groeipijnen bij komen kijken, is evident. Het is aanpassen voor iedereen. Zelf sta ik heel positief tegenover de fusie en wil ik die positiviteit ook verder uitdragen.”

“Sommige mensen leven net van de verandering terwijl anderen er erg argwanend naar kijken. Het komt er vooral op aan om goed te duiden, te luisteren naar elkaar en alle drempels weg te werken. Voor mezelf zie ik het als een groot voordeel om deel uit te kunnen maken van een groter team. Je kan altijd terugvallen op expertise in een team, maar je bent ook back-up voor elkaar tijdens ziekte en vakantie. Ik zal binnen ons team altijd wel iemand vinden met vergelijkbare kennis.”

U bent nieuw en hebt nog een frisse kijk op de havenwereld, wat wellicht helpt als je aan boord komt van twee bedrijven die samengaan …

JB: “Klopt. Ik ben nog een onbeschreven blad dat nieuw is in de maritieme sector. Een van de redenen waardoor ik voor deze job gekozen heb, is dat ik zo nog heel veel mag leren. Uiteraard heb ik mijn expertise, maar de kennis van de haven ga ik wel snel oppakken.”