Het verschil tussen de nieuwe nummer 9 en Yang Ming als nummer 10 is voorlopig nog miniem. De vloot van ZIM telt met de nieuwe ‘ZIM Mount Vinson’ erbij nu 131 schepen met een gezamenlijke capaciteit van 707.332 teu. Dat is slechts 314 teu meer dan Yang Mings vlootcapaciteit (94 schepen) van 707.018 teu.

Toch lijkt ZIM nog een tijdje groter dan Yang Ming te zullen blijven. De Taiwanese concurrent heeft slechts vijf schepen van 15.500 teu in aanbouw, die pas vanaf mei 2026 geleidelijk in de vaart zullen komen. De carrier uit Haifa heeft daarentegen nog uitstaande orders voor negentien schepen met een capaciteit van 5.315 tot 7.928 teu. Daarvan komen er nog zestien voor het einde van dit jaar in de vaart.

Verdubbeld

Vorig jaar was ZIM al een van de sterkst groeiende containerrederijen. De vloot werd toen 16% groter, wat veel meer was dan het marktgemiddelde van 8,2%. Sinds 2020 is ZIM’s vlootcapaciteit meer dan verdubbeld.

Een achtste plaats voor ZIM zit er niet meteen in. Op die plek staat HMM met een vloot van 73 schepen, die samen 801.728 teu kunnen laden. De Zuid-Koreaanse rederij heeft ook nog eens 24 schepen in aanbouw. Dat orderboek is goed voor ruim 238.500 teu, terwijl dat van ZIM goed is voor 128.800 slots.

De nieuwe ‘ZIM Mount Vinson’ (zie foto) is een neoapanamaxschip dat op lng kan varen. Het is het laatste schip uit een reeks van tien, die Seaspan door Samsung Heavy Industries liet bouwen. ZIM chartert die nieuwe schepen voor een periode van twaalf jaar van hun Canadese eigenaar en zet ze in tussen het Verre Oosten en de oostkust van de Verenigde Staten. Het zijn de grootste containerschepen in de vloot van ZIM.