Covestro, de vroegere kunststoffendivisie van Bayer, breidt in Antwerpen zijn anilinefabriek uit. Budget: 300 miljoen. Aniline is een grondstof van polyurethaan, beter bekend als pur, dat onder meer gebruikt wordt voor de isolatie van gebouwen.
Dat maakte chief technology officer (CTO) Klaus Schäfer van Covestro (foto) deze maandagochtend bekend in Rotterdam bij de officiële ingebruikname van een fabriek die afvalwater moet omzetten in energie. Dit ‘Circulair Steam Project’ is een gezamenlijk initiatief van Covestro en het Amerikaanse chemieconcern LyondellBasell. Beide bedrijven zijn voor de helft eigenaar van het chemiecomplex in Rotterdam.
Niet in Antwerpen
Flows sprak vanochtend met Klaus Schäfer en stelde hem allereerst de vraag waarom die circulaire fabriek in Rotterdam is gebouwd en niet op de site in Antwerpen. “Dat heeft een hele praktische reden. De afvalstoffen die bij ons productieproces in Rotterdam vrijkomen, zijn technisch wel geschikt om op deze manier te hergebruiken en de afvalstoffen in Antwerpen niet. Het heeft te maken met het koolstofgehalte. Dat is in Antwerpen te laag om de afvalstoffen op deze manier opnieuw te gebruiken.”
300 miljoen euro
Maar Covestro heeft ook plannen voor Antwerpen: de uitbreiding van de bestaande anilinefabriek, een investering van 300 miljoen euro. Schäfer: “Aniline wordt verwerkt tot methyleendifenyldi-isocyanaat, oftewel MDI. Daaruit maken we polyurethaan, beter bekend als pur. Dat isolatiemateriaal wordt veel in de bouw gebruikt. Het zal volgens ons een beslissende rol gaan spelen in het realiseren van klimaatneutraliteit. De grootste CO2-uitstoot in Europa komt vrij bij de verwarming van gebouwen. Als we de doelen uit het Klimaatakkoord van Parijs willen halen, dus 0% CO2-emissie in 2050, dan moeten we gebouwen beter isoleren. Ons doel is om de fabriek in 2025 in gebruik te nemen. We hebben twee tot drie jaar nodig om de fabriek te bouwen. Dus de definitieve investeringsbeslissing zullen we binnen niet al te lange tijd nemen.”
Ontziltingsfabriek
Covestro heeft nog meer plannen voor het fabrieksterrein in de haven van Antwerpen. Schäfer: “Tot nu gebruiken we veel drinkwater bij het productieproces. Dat geldt voor meer fabrieken in de Antwerpse haven. Dat is natuurlijke verre van duurzaam. Dus willen we daarvoor in de toekomst water uit de Schelde gebruiken. Maar dat water is zout en daarom funest voor chemische installaties. Daarom wordt er op het Covestro-terrein een ontziltingsfabriek gebouwd, waardoor het gebruik van drinkwater met 97% zal afnemen. Het is de bedoeling dat de fabriek begin 2024 in bedrijf wordt genomen.”
Dit artikel is exclusief voor abonnees.
Kies een formule en krijg toegang tot alle artikels. Of log in als abonnee.