Op de viering van de honderdste verjaardag van de oprichting van de rederij, op 16 juni 1922, kwam Vlaams minister-president Jan Jambon een hart onder de riem steken. In zijn toespraak loofde hij vooral de grote kracht van Vlaanderen in alle ontwikkelingen rond waterstof. Volgens hem moet het de ambitie van Vlaanderen zijn om de innovatiefste regio van Europa te blijven voor waterstof als energiebron.

Dat laatste klonk Flandria-erfgenaam Jan Van Marcke als muziek in de oren. Hij is al geruime tijd niet meer betrokken bij de rederij, die na meerdere faillissementen en overnames, onder meer door Studio 100, vandaag in handen is van ondernemer Philip De Prest, die geen zakelijke of familiale link heeft met de stichtersfamilie. Toch blijft het maritieme bloed van Jan Van Marcke kriebelen. Al tientallen jaren droomt hij van de bouw van een schip dat een hybride rol zou krijgen: in het hoogseizoen privéjacht voor maximaal 45 opvarenden, daarbuiten als cruiseschip voor ongeveer 90 opvarenden.

“Grote privéjachten blijven vaak maanden ongebruikt liggen”, klinkt het. “Net door dat hybride gebruik, wordt het mogelijk om de investering sneller terug te verdienen.” Veel verder dan de tekentafel raakte dit verhaal niet. Maar exact bij het eeuwfeest van de oprichting is er weer hoop. De keuze voor waterstof als aandrijving zou voor een doorbraak kunnen zorgen, met een mogelijke subsidiëring voor de keuze voor waterstof.

Er wordt gesproken over een investering van 28,5 miljoen om het schip van 76 meter te bouwen. De bouw op een Vlaamse werf zou dat prijskaartje met 10 miljoen verhogen. Een pak geld, waarvoor op de viering richting overheid werd gekeken door een hele reeks spelers uit de sector die pleitten voor meer aandacht voor de Vlaamse tradities en knowhow rond scheepsbouw. Of de minister-president overtuigd werd, is lang niet zeker. Maar de afstammeling van de Flandriastichters is duidelijk. “Waar een wil is, is een weg.”

Meer info over de Flandria H2 International leest u hier.